 |
| groentewisseling - sjalot en wortel |
De sjalotjes zijn geoogst. Deze hangen in de berging te drogen. Sjalotjes worden steeds geplant, nooit gezaaid. Ze mogen vrij vroeg in
het voorjaar (begin maart) in rijen (30 x 25 cm) in goed diep
losgemaakte en onkruidvrije grond gezet worden. Niet te diep, de topjes blijven nog zichtbaar.
Sjalotjes mogen niet geplant worden waar de voorgaande 3 jaren planten van de ajuin (sjalot, ui, bieslook, knoflook) hebben gestaan. De worteltjes die half maart waren gezaaid zijn zo goed als geoogst. Twee rijtjes winterwortel gezaaid. bij het ontkiemen moeten het onkruid goed weggehaald worden en de kiemplantjes steeds hierna water geveb. Stilstand van groei door vochtgebrek moet vermeden worden, dit zorgt voor voze of gescheurde penen. Uitdunnen zo laat mogelijk doen dit geeft een enorme reuk met zich mee, wat de wortelvlieg onvermijdelijk zal lokken. Wieden zo veel mogelijk tijdens regendagen en bij veel wind, dan is de wortelvlieg veel minder actief.
Je ziet dat het blad van de aardappel afgestorven is. Deze kunnen op de volgende zonnige dag gerooid worden.
