Bietjes en Koolrabi

De warmte doet goed

De bietjes die 4 weken geleden (28 april) gezaaid zijn komen op. De zon en de warmte doet ze goed.

Rode bieten: goede buren / slechte buren
- goede buren: uien, koolsoorten, koolrabi, pluksla, knoflook, komkommers, dille, karwij, koriander
- slechte buren: stokbonen, spinazie, aardappels 

Rode biet kan gezaaid worden tot in juni; voor bewaring is de tweede helft van mei de beste zaaiperiode. Afstand tussen de rijen is 30 cm, later uitdunnen op 7 à 10 cm, niet verplanten. Bewaring is goed mogelijk: in de herfst voor de vorst de bieten optrekken, loof afdraaien en inkuilen in zand op een vorstvrije plaats.
Rode biet is een wortelgewas en vraagt bijgevolg maar een geringe stikstofbemesting. Verse mest of een ruime kunstmestgift zijn dan ook uit den boze. Compost of een gering hoeveelheid voldoende geteerde stalmest kunnen wel gebruikt worden. Kalium is van groter belang, niet alleen voor een goede opbrengst, maar ook voor de smaak en de bewaarbaarheid van de bietjes. 

De koolrabi die 27 februari onder glas gezaaid is krijgt koolvorming. Het is de stengel die verdikt en je eet dus niet de wortel maar de stengel. De smaak lijkt op die van bloemkool, maar is wat pittiger. Rauwe koolrabi smaakt selderij-achtig. Koolrabi kan zowel rauw als gekookt gegeten worden. Koolrabi heeft een laag energetische waarde, is rijk aan vitamine C en vezels, en is bovendien een bron van kalium.